dinsdag 13 oktober 2020

I.M. John Heuzel (1945 - 2020)



 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

In Brugge is op woensdag 7/10/2020 literator en bezieler van het literair tijdschrift “Kruispunt” overleden. In intieme kring wordt morgen 14/10/2020 van John afscheid genomen. Namens de VWS veel sterkte aan Marie-Thérèse en de vele vrienden en familie. Hendrik Carette schreef de navolgende herinneringstekst.

John Heuzel: als een rots in de branding
(Oostende, 23 september 1945 – Brugge, 7 oktober 2020)

“John Heuzel weigerde ook maar één moment van zijn leven ook maar één woord met het accent of de tongval van het rijke kleurrijke West-Vlaamse dialect te spreken. Hij was een echte fanatieke taalpurist en ook een groot lezer en reiziger (volgens zijn weduwe begon hij na een korte onderbreking opnieuw de pijp te roken tijdens een recent bezoek aan China!). In een al ver verleden werd hij de opvolger van de dichter Mark Braet die samen met Georges van Acker het tijdschrift Kruispunt had opgericht. Met zijn Engelse humor en zijn Ierse koppigheid werd John de drijvende kracht (redacteur, recensent en referent) achter dit literair kwartaalschrift dat in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw vele lezers en abonnees elke keer weer regelmatig bleef verbazen. 

Alleen al de lijst van bijzondere themanummers die John Heuzel als erudiete editor wist samen te stellen en te presenteren is bijzonder imposant en verrassend. Ik verwijs hier dan ook graag naar het James Joyce-nummer met vermaarde binnen- en buitenlandse medewerkers (december 1982), het Bretagne-nummer (‘Ik heb geen ander land’ samengesteld door Jan Deloof, maart 1998), het Louis-Paul Boonnummer (juni 1984), het Zuid-Afrikanummer ‘Een wankele wereld’ (samengesteld door Luc Renders, juni 1994) en het bijzondere in-memoriamnummer over Mark Braet (samengesteld door John Heuzel en Jan van der Hoeven, maart 2003). En ten slotte het zeer curieuze Stalin-nummer (samengesteld door Peter Bormans, van maart 2009, waarbij John tot grote woede en onbegrip van deze Peter Bormans mijn gedicht ‘Een bolsjewistische fanfare’ vooraan aan het begin van dit nummer plaatste). Hoe dan ook een goed literair tijdschrift is als een literair laboratorium en het is de grote verdienste van de zeer koppige en eigenzinnige West-Vlaming John Heuzel dat hij vanuit zijn Brugse boekenzolder in de Boeveriestraat als vanop een rots in de branding zijn Kruispunt als een lighthouse of vuurtoren liet schijnen. "

Hendrik Carette Schaarbeek, 13 oktober 2020 

Op de literaire site 'De Schaal van Digther' staat ondertussen ook dit herdenkingsbericht.

 

3 opmerkingen:

  1. Toen Kruispunt ophield te verschijnen viel het doek, nu is het licht uit. Bedankt John, voor veel goede herinneringen, voor het plekje in het KP-nest dat je mij bood - wat ook een leerschool was - en voor de vriendschap.
    Lauran Toorians

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik heb ooit enige Kruispunt-nummers mogen helpen volschrijven, en dat, beste John, ben ik uiteraard nooit vergeten.

    Innige deelneming aan Marie-Thérèse, en zijn familie en vrienden.

    Evert Deloof-Sys

    “A cicada whines,
    his voice
    Starting to drown through the rainy world,
    No ripple of wind,
    no sound but his song of black wings,
    No song but the song of his black wings.

    Such emptiness at the heart,
    such emptiness at the heart of being,...”

    ― Charles Wright, Chickamauga: Poems

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Het overlijdensbericht dat ik vanmorgen las, deed me terugdenken aan de tijd dat ik onder leiding van John Heuzel het register op Kruispunt 80-158 samenstelde.
    Hij schreef toen:
    "The best thing since sliced bread
    Wanneer Dirk Rommens me half 1992 voorstelde Kruispunt XXI - XXXV te inventariseren, verdacht ik hem ervan te lijden aan een kwalijke ziekte. Ik wist ongeveer waarover ik het had: liep ik zelf niet met eeltige vingers van de tijd dat ik voor Kruispunt 82 de jaargangen I- XX op fiches had overgebracht en uitgetikt?
    We leven niet meer in het tijdperk van machinelint en Tipp-Ex - zelfs niet noodzakelijk meer in het papieren tijdperk. En toch: de afgelopen jaren verschenen 4 812 creatieve en essayistische bijdragen, zodat ook de stevigste geheugendijken onderlopen. Klonk Dirk Rommens wat naïef, zijn voorstel was bijzonder welkom.
    Bij de eerste uitdraai bleek meteen hoe handzaam het werkstuk is. Ik heb het nu even niet over het technische aspect.
    Bijna ongemerkt heeft zich in Kruispunt een ontwikkeling voltrokken. Begin jaren tachtig schoof een militair een burgerregering opzij en een regiment dichterlijken gilde verontwaardigd te wapen. Een geluk als je daaronder drie oprechte regels of een gaaf gedicht vond. Ik twijfel niet aan de goede bedoelingen van die toenmalige inzenders, maar gauw bleek dat hun dichterschap net zo lang woedde als het onrecht dat ze voorgaven te bestrijden. Die macraméwerkers van de politieke strijd zijn met meestal éen ingang bijgezet in het Massagraf (onze werktitel).
    De aardkorst draagt genoeg pokkenvlekken waar authentieke schrijvers vervolgd en vermoord, of alleen maar gepest worden. Despoten en religieuze drijvers misprijzen wie hun slogans uitloogt. Schrijvers uit die landen van honger en dorst lieten hun schroeivlekken zien, hun klachten opwieken, hun hoop ankeren.
    Niet alle literatuur bemoeit zich met het concrete leven van het hic et nunc. Niet alle auteurs jagen hun fantasie over het hek. Vaardige essayisten verlichten de geschiedenis van ideeën in de letteren. Het aandeel van de essays is de afgelopen jaren sterk toegenomen.
    Kruispunt is geen spiegel van de huidige avant-garde, die verlopen is in postmodernisme, of de maximalen al heeft meegemaakt. De voorbije avant-garde, de bagage van de honnête homme, de esthetische rilling liggen opgeslagen in opvraagbare bestanden.
    Een papieren uitgave mag dan een hele hulp zijn, de gebruiksmogelijkheden van een diskette zijn duidelijk superieur. U kunt sorteren op willekeurige ingangen (auteur, vertaler, taal, trefwoord enz.). Sing, memory, sing. De geboekte uitgave mist die mogelijkheid.
    Intussen loopt de volgende aflevering van ons gezamenlijke Work in Progress.
    John Heuzel"
    Bladerend in de twee vuistdikke boekdelen sta ik nog altijd versteld van John Heuzels eruditie. Een stille ode aan zoveel vakmanschap in de literatuur. Bedankt, John, dat je mij die opdracht toevertrouwde. Trots dat ik je een letterstandbeeld heb nagelaten.

    BeantwoordenVerwijderen